Een historische stap voorwaarts in de strijd tegen gendergerelateerd geweld
Het parlement heeft vandaag het wetsontwerp over het voorkomen, beter beschermen en bestrijden van feminicide, gendergerelateerde doding en het geweld dat daaraan voorafgaat, goedgekeurd.
De wet definieert het concept van feminicide, maakt de verzameling van statistische gegevens mogelijk, richt een wetenschappelijk comité op om feminicide en gendergerelateerde doding te analyseren en voorziet in het gebruik van instrumenten voor risicobeoordeling en -beheer. De wet verbetert ook de rechten en bescherming van slachtoffers en voorziet in een betere opleiding voor politie en justitie. Deze wet is uniek in Europa en een historisch moment in de strijd tegen gendergerelateerd geweld in België. De wet is het resultaat van een nauwe samenwerking tussen de Staatssecretaris voor Gendergelijkheid Marie-Colline Leroy en haar voorgangster Sarah Schlitz, de Minister van Justitie Vincent Van Quickenborne en de Minister van Binnenlandse Zaken Annelies Verlinden, en kwam tot stand na overleg met de mensen die op het terrein actief zijn.
De wet neemt talrijke definities aan, zowel van feminicide zelf als van het geweld dat daaraan voorafgaat, zoals seksueel geweld, psychologisch geweld of dwang en dwingende controle. Door gebrek aan definities en dus officiële cijfers, was het moeilijk een overzicht te hebben op de problematiek en dus om het beleid hieraan aan te passen en te monitoren.
Er komen vier verschillende categorieën van overlijden: intieme feminicide (bijvoorbeeld door een partner), niet-intieme feminicide (bijvoorbeeld een prostituee die wordt gedood door een klant), indirecte feminicide (bijvoorbeeld overlijden na een gedwongen abortus of na vrouwelijke genitale verminking) en gendergerelateerde doding (bijvoorbeeld een transgender man of een cisgender man die sterft in het kader van partnergeweld). Deze definities, alsook alle definities van het geweld dat aan deze doding vooraf kan gaan, zijn belangrijk voor alle toekomstige initiatieven om de wet op feminicide te implementeren of verder te ontwikkelen.
E wordt ingezet op gegevensverzameling en twee publicaties:
- Een jaarverslag met de belangrijkste statistieken over feminicide, de kenmerken van de slachtoffers, de daders en de relatie tussen het slachtoffer en de dader.
- Tweejaarlijks een kwalitatief rapport over feminicide en gendergerelateerde doding waarin de frequentie, het aantal veroordelingen en de doeltreffendheid van de maatregelen die zijn genomen om het Verdrag van Istanbul uit te voeren, worden belicht.
Het doel is om inzicht te krijgen in de omvang van het probleem en de kenmerken ervan, om daaruit de nodige lessen te trekken om de preventie van feminicide te versterken. Het Instituut voor de gelijkheid van vrouwen en mannen (IGVM) zal verantwoordelijk zijn voor deze rapportagetaak en zal deze publicaties op zijn website publiceren zodat ze voor iedereen toegankelijk zijn.
Een interdisciplinair wetenschappelijk comité wordt aangesteld voor de analyse van feminicide en gendergerelateerde dodingen opgericht. Het comité zal individuele gevallen analyseren en op basis daarvan algemene aanbevelingen doen die hopelijk andere feminicides of gendergerelateerde dodingen voorkomen.
Slachtoffers van geweld staan centraal in de tekst. Zij krijgen een aantal garanties met betrekking tot de omstandigheden waaronder zij door de politie worden ondervraagd (taal, keuze van het geslacht van de persoon die hen ondervraagt wanneer dit mogelijk is, discretie, informatie over beschermende maatregelen, enz.) Bovendien zal in elke fase een risicotaxatie uitgevoerd worden en wordt voorzien in risicobeheer zodat de politie beschermende maatregelen kan nemen zoals een straatverbod of een anti-stalkingsalarm, rekening houdend met de kwetsbaarheid van het slachtoffer.
Ten slotte bepaalt de wet dat de opleidingen voor politieagenten en magistraten bijzondere aandacht zullen besteden aan feminicide en de geweldsspiraal die eraan voorafgaat. Magistraten die al opgeleid zijn in gendergerelateerd geweld zullen een specifieke module over deze nieuwe wet kunnen volgen.
De wet is de uitvoering van meerdere maatregelen die zijn opgenomen in het Nationaal Actieplan ter bestrijding van Gendergerelateerd Geweld (NAP) 2021-2025 en is mede het resultaat van de jarenlange mobilisatie van vrouwenorganisaties.
Sinds begin 2023 heeft de blog Stop Féminicide 17 feminicides geteld op basis van persartikels. Voor de Staatssecretaris voor Gendergelijkheid Marie-Colline Leroy : "Elke tragedie herinnert ons aan de dringende noodzaak om te handelen. Feminicide en gendergerelateerde doding zijn de meest extreme vormen van gendergerelateerd geweld. Dit nieuwe wettelijke kader versterkt ons vermogen om risico’s op gendergerelateerd geweld en feminicide op te sporen, beter toezicht te houden, beter te reageren op feminicide, en slachtoffers van geweld beter te beschermen. Deze wet getuigt van de vastberadenheid van de regering om van de strijd tegen gendergerelateerd geweld een topprioriteit te maken. Het plaatst ons land in de cockpit voor wat betreft het voorkomen en bestrijden van feminicide. Ik dank ook het maatschappelijke middenveld en mijn voorgangster voor het werk dat zij hierrond geleverd hebben."
Vincent Van Quickenborne, minister van Justitie: "In ons land krijgt naar schatting 1 op 5 vrouwen ooit te maken met geweld door hun (ex-)partner. Dat zijn schrikwekkende cijfers. Dit soort geweld blijft vaak verborgen achter de gevels waardoor het minder zichtbaar is. Net daarom is dit een prioriteit voor de regering. Zo is het seksueel strafrecht reeds hervormd, met toestemming als centraal begrip en onder andere zwaardere straffen voor verkrachting, ook intrafamiliaal. We introduceerden het mobiel stalkingalarm, zodat de politie sneller kan ingrijpen bij levensbedreigende stalking ex-partners. De parketten leggen meer en meer tijdelijke huisverboden op, zodat gewelddadige partners onmiddellijk na de feiten de toegang tot de woning kan ontzegd worden. Ook in het nieuwe Strafwetboek pakken we intrafamiliaal geweld veel strenger aan. Justitie kan echter pas optreden na de feiten. Daarom draagt dit wetsontwerp bij tot het beter in kaart brengen, het voorkomen en bestrijden van gendergerelateerd geweld."
Annelies Verlinden, minister van Binnenlandse Zaken : "Om het probleem van seksueel en huiselijk geweld aan te pakken moeten we samenwerken met alle autoriteiten om het fenomeen zo maximaal mogelijk te bestrijden. Vorig jaar heb ik daarom 1,5 miljoen EURO geïnvesteerd in 15 innovatieve lokale projecten die inzetten op het voorkomen van huiselijk geweld. Deze projecten krijgen nu vorm en zullen dit jaar en volgend jaar grondig worden geëvalueerd. Met de invoering van een mobiel anti-stalkingalarm willen we slachtoffers veiligheid en gemoedsrust bieden. Met een subtiele druk op een knop kunnen ze de politie ter plaatse vragen, wat een snelle tussenkomst toelaat. We moeten de inspanningen verderzetten, slachtoffers zoveel als mogelijk beschermen en het duidelijk signaal geven dat de samenleving dit geweld niet tolereert."