Persbericht

Geweld tegen vrouwen: Raad en Parlement bereiken akkoord over EU-wetgeving

Het Belgisch voorzitterschap en het Europees Parlement hebben overeenstemming bereikt over de allereerste EU-wetgeving om geweld tegen vrouwen en huiselijk geweld te bestrijden. De nieuwe richtlijn bevat minimumregels met betrekking tot de omschrijving van specifieke strafbare feiten en sancties om deze vorm van geweld tegen te gaan. Ook de rechten en bescherming van slachtoffers van alle vormen van geweld tegen vrouwen of huiselijk geweld zijn erin vastgelegd.

Strafbaarstelling van vrouwelijke genitale verminking, gedwongen huwelijken en cybercriminaliteit

Met de nieuwe wetgeving worden de volgende misdrijven in de hele EU strafbaar:

  • vrouwelijke genitale verminking
  • gedwongen huwelijken
  • zonder instemming delen van intieme beelden
  • cyberstalking
  • cyberintimidatie
  • online aanzetten tot haat of geweld

Er komen gemeenschappelijke regels voor de omschrijving van die strafbare feiten en de sancties daarvoor.

Ook beschrijft de tekst verzwarende omstandigheden, zoals herhaald geweld tegen vrouwen, geweld tegen kwetsbare personen of kinderen, en extreem geweld.

Slachtoffer­bescherming en veilige aangifte­procedures

Het wordt voor slachtoffers eenvoudiger toegang te krijgen tot de rechter en de lidstaten moeten verplicht voldoende gespecialiseerde bescherming en ondersteuning bieden.

De lidstaten moeten slachtoffers ook de mogelijkheid bieden om via toegankelijke en gebruiks­vriendelijke kanalen (ook online) aangifte te doen, en om online bewijs in te dienen, althans bij cybercriminaliteit.

Wanneer de slachtoffers kinderen zijn, moeten de EU-landen voorzien in bijstand door hulpverleners die opgeleid zijn om met kinderen te werken. En als de dader een ouder of voogd van het kind is, mag de aangifte niet afhankelijk zijn van diens toestemming. In zo'n geval moeten de autoriteiten het kind eerst in veiligheid brengen voordat de dader wordt ingelicht over de aangifte.

Wanneer een slachtoffer van seksueel of huiselijk geweld eerst contact opneemt met een autoriteit, moet ook worden bekeken welk gevaar uitgaat van de dader of verdachte. Op basis daarvan moeten de autoriteiten afdoende beschermings­maatregelen nemen. Het kan daarbij gaan om dringende locatieverboden, gebieds- of contactverboden en beschermings­bevelen.

Privacy van slachtoffers en recht op schadevergoeding

Om de privacy van een slachtoffer te beschermen en herhaalde victimisatie te voorkomen, moeten de lidstaten er ook voor zorgen dat bewijsmateriaal betreffende seksueel gedrag van het slachtoffer in het verleden alleen in strafprocedures wordt toegestaan wanneer dit relevant en noodzakelijk is.

Slachtoffers krijgen tevens het recht om van de dader volledige vergoeding te eisen voor de schade die uit geweld tegen vrouwen of huiselijk geweld voortvloeit. Daarnaast moeten ze, indien van toepassing, de kosten van de strafprocedure terugbetaald kunnen krijgen.

Hulplijnen en crisiscentra voor verkrachtings­slachtoffers

Volgens het akkoord moeten slachtoffers bij gespecialiseerde hulpdiensten, zoals crisiscentra voor verkrachtings­slachtoffers, terecht kunnen voor advies, ondersteuning, informatie over juridisch advies, en hulp bij het vinden van onderdak en medische zorg.

Bovendien moeten slachtoffers 24/7 naar een gratis nationale hulplijn kunnen bellen.

Verkrachtingen voorkomen

Volgens het akkoord moeten de EU-landen de nodige maatregelen nemen om geweld tegen vrouwen en huiselijk geweld te voorkomen, zoals gerichte bewustmakings­campagnes. Doel is dat het grote publiek een ruimer beeld en een beter begrip krijgt van alle vormen en de belangrijkste oorzaken van geweld tegen vrouwen en huiselijk geweld. Schadelijke genderstereotypen moeten verdwijnen en gendergelijkheid en wederzijds respect moeten worden bevorderd.

Volgende stappen

Het akkoord moet nu worden goedgekeurd door de vertegenwoordigers van de EU-lidstaten in de Raad. De definitieve tekst moet dan nog worden aangenomen door de Raad en het Europees Parlement.

Achtergrond

Geweld tegen vrouwen en meisjes is wereldwijd een van de meest systematische en meest voorkomende schendingen van de mensenrechten. De richtlijn waarover het voorzitterschap en het Europees Parlement tot een akkoord zijn gekomen, wordt het eerste specifieke rechtsinstrument ter bestrijding van geweld tegen vrouwen en huiselijk geweld op EU-niveau.

 

Marie-Colline Leroy, staatsecretaris voor Gendergelijkheid, Gelijke Kansen en Diversiteit : "We staan nu veel dichter bij een betere bescherming van vrouwen en meisjes tegen geweld, of het nu thuis is, op het werk, op straat, offline of online. De richtlijn bevat een belangrijk hoofdstuk over preventie als middel om op te treden tegen onderliggende patronen van dwang, macht en controle, en voorziet in specifieke maatregelen ter voorkoming van verkrachting. De lidstaten sturen een krachtige boodschap: wij aanvaarden niet meer dat vrouwen meer risico's lopen dan mannen."

 

Paul Van Tigchelt, vice-eersteminister van Justitie en Noordzee van België : "Veel vrouwen in Europa hebben dagelijks te maken met seksueel geweld, huiselijk geweld, intimidatie op straat of onlinemisbruik. Daarnaast bekopen vrouwen een relatiebreuk maar al te vaak met hun leven. Zelfs gedwongen huwelijken en genitale verminking zijn nog niet helemaal uit onze samenleving verdreven. We moeten hier een einde aan maken. Met de nieuwe richtlijn zetten de lidstaten grote stappen om deze ernstige misdrijven gezamenlijk te bestrijden, zowel via preventie als met stelselmatige bestraffing."